Select Your Style

Choose your layout

Color scheme

Handvaardigheid

Ik ben Annika van der Vliet en heb een zelfstandige praktijk voor kinderoefentherapie in Woerden. Op ontwikkelingsachterstand.nl zal ik regelmatig schrijven over wat ik dagelijks meemaak in mijn werk met kinderen met een ontwikkelingsachterstand.


Onderdelen van de motorische ontwikkeling: deel 4

Handvaardigheid (fijne motoriek)

Handvaardigheid of fijne motoriek zijn kleine bewegingen die je met je hand en vingers maakt. Bijvoorbeeld tekenen of oppakken van blokjes. De fijne motoriek moet goed ontwikkeld zijn voor een goede schrijfmotoriek.

Fijne motoriek ontwikkelt zich van grof naar fijn. Een kind leert eerst om een groot voorwerp op te pakken en ontwikkelt zich uiteindelijk naar het bouwen met lego. Hierbij is de ontwikkeling van de pincetgreep en vingerdifferentiatie van belang. Als een kind een goede pincetgreep kan toepassen, kan het klein materiaal zoals lego oppakken met zijn duim en wijsvinger. Als het kind het materiaal ook in zijn handen kan manipuleren en zijn vingers onafhankelijk van elkaar kan bewegen, dan is de vingerdifferentiatie goed ontwikkeld. In de praktijk zie ik vaak bij kinderen met schrijfproblemen dat de pincetgreep en vingerdifferentiatie niet goed ontwikkeld is en dat ze daardoor niet vanuit hun vingers kunnen sturen tijdens het schrijven.

Zoals ik in mijn eerste blog vertelde is het dus belangrijk dat alle fasen van de motorische ontwikkeling goed door lopen zijn. Een ander veel voorkomend probleem bij kinderen die aangemeld worden voor problemen in de hand- en/of schrijfvaardigheid is dat het kind moeite heeft met geïsoleerd bewegen en een niet voldoende ontwikkelde links-rechts samenwerking. Een kind heeft voldoende ontwikkelde evenwichtsreacties (bv. kracht, balans en strekking in de romp) nodig om actief te kunnen zitten aan tafel. Pas wanneer een kind actief kan zitten (met een rechte rug en voldoende spanning in de romp) kan het kind zijn armen vrij bewegen. Dit heet geïsoleerd bewegen, het onafhankelijk kunnen bewegen van de ledematen van de romp. Wanneer je niet geïsoleerd kunt bewegen, kun je je arm niet vrij bewegen en ga je compenseren om dit wel voor elkaar te krijgen. Vaak hebben die kinderen een hele hoge spanning in hun arm en wringen ze zich letterlijk in bochten om die kleine fijne werkjes voor elkaar te krijgen.

Wanneer er wel een goede actieve houding aan tafel is opgebouwd, kan het kind zijn arm vrij bewegen aan tafel en de spanning in zijn/haar arm goed reguleren. Dan pas kan het kind de hand en vingers fijn en soepel bewegen. Geïsoleerd bewegen hangt ook samen met een voldoende ontwikkelde links-rechts samenwerking (het kunnen kruisen van de middenlijn en het gelijktijdig kunnen bewegen). Wanneer dit niet goed ontwikkeld is, kan het kind het blad niet goed ondersteunen tijdens het schrijven en zal het scheef gaan hangen aan tafel om het kruisen van de middenlijn te vermijden. Schrijven is een erg complexe vaardigheid waar dus veel motorische processen aan vooraf gaan.

Onder handvaardigheid valt de vingermotoriek, wat je nodig hebt om te kunnen bouwen, rijgen, tekenen en kleuren, maar ook het samen werken van de handen en het maken van dingen met je handen. Hier valt bijvoorbeeld het vouwen en knutselen onder. Kinderen vinden het vaak ook erg lastig om te knippen. De ondersteunende hand houdt het papier vast tijdens het knippen en manipuleert het papier, zodat je andere hand alleen de knipbeweging hoeft te maken. Wanneer je kind veel moeite heeft met knippen, kan je een mee knipschaar aanschaffen of een zelf openende schaar. Deze scharen maken het knippen makkelijker zodat er na enige oefening overgestapt kan worden naar een gewone schaar.

Op de website kinderoefentherapie.nl staat uitgebreide informatie over motorische mijlpalen per leeftijd.

Enkele tips en activiteiten om thuis de handvaardigheid van je kind te kunnen stimuleren:

  • Kleuren, tekenen, schrijven, verven met kwast, vingerverven.
  • Knippen, plakken, prikken, stempelen, vouwen, scheurwerkje, vlechtwerkje.
  • Spelen met klei, gips of supersand.
  • Spelen met zand, water.
  • Timmeren, schroeven, figuurzagen.
  • pinterest.com/annikakinderot

Het is belangrijk om tijdens de spelletjes waarbij klein materiaal gebruikt wordt het kind te stimuleren om alleen de duim en wijsvinger te gebruiken. Wanneer er materiaal in de hand gemanipuleerd wordt dan worden alle vingers gebruikt. Een potlood houdt je vast met duim en wijsvinger en de middelvinger ondersteund het potlood. Kleuren en schrijven doe je vanuit je vingers. De pols is stil en de elleboog ligt op tafel.

No Comments

Enroll Your Words

To Top